Translate:
NL
Translate:
Inclusief bijdragen van lezers in de vorm van ingezonden artikelen.
Van 1 augustus 2018
Bevrijd zijnde door the Canadians zou je als Nederlander snel denken dat de Canadese strijdkrachten aanzienlijk zijn. Het is ze toen toch maar gelukt de vijand tot capitulatie te dwingen - waarvoor we nog altijd dankbaar zijn.
Dat was toen. Als je nu kijkt naar wat er overgebleven is van de Canadese strijdkrachten, dan krijg je een heel ander beeld. Jarenlang is er beknibbeld op het budget. Thans wordt er net 1% van het BNP uitgegeven aan de strijdkrachten, hetgeen een nog kleiner percentage is dan in Nederland.
Er zijn in totaal ongeveer 27000 mensen die bij de Canadian Armed Forces in dienst zijn, verdeeld over landmacht, marine en luchtmacht. Het materieel is ouderwets en als er ooit iets vervangen wordt, zoals een boot of een helikopter, dan is dat ook meteen groot landelijk nieuws. Intussen vind je overal in Canada verlaten bases. Het hek staat er dan nog maar de mensen en het materieel zijn wegbezuinigd.
Voor zijn eigen verdediging kan Canada dan ook eigenlijk niks betekenen. Het land is afhankelijk van de veiligheidsparaplu van de Verenigde Staten. Daar spendeert men 3% van het BNP aan de strijdkrachten en zijn er 1.3 miljoen mensen in vrijwillige actieve dienst. Daar kan Canada nooit tegenop en het heeft eigenlijk ook helemaal geen zin dat te proberen, zo moet men gedacht hebben toen de militaire bestedingen meer en meer gekort werden.
Als Canada dus tegen agressors beschermd wordt door de Verenigde Staten, wie beschermt Canada dan tegen de agressie van Dictator Trump en zijn volgelingen? Het antwoord is ontnuchterend: niemand. Inmiddels is Canada volledig overgeleverd aan de nukken van dit smakeloze monster. Als hij dat wil, dan wordt Canada gewoon ingepikt.
Van 28 augustus 2018
In de grote steden zijn er vele gesloten maar in de kleinere plaatsen zijn vrijwel alle postkantoren in Canada nog steeds gewoon open. Het postwezen is hier erg traditioneel al proberen ze wel met de tijd mee te gaan.
Omdat er ook hier telkens minder gewone post wordt verzonden, is Canada Post (Postes Canada) op zoek gegaan naar andere manieren om het hoofd boven water te houden. Ze hebben zich op de pakketbezorging geworpen, op koeriersdiensten maar vooral ook op reclamemateriaal. Nog steeds krijgt iedereen een berg met vouwbladen en krantjes, of je het wilt of niet.
De meeste huishoudens worden bediend met groepspostkasten. Aan het begin van een wijk staat er dan een heel blok met postbusjes - dat spaart de kostbare huis aan huis bezorging al weer uit. Alleen de al lang bestaande adressen hebben nog recht op bezorging aan huis.
De prijs van een postzegel is sinds mensenheugenis telkens weer verhoogd - en toch kun je nu voor een Dollar nog steeds een brief sturen van de ene kant van het land naar de andere. Canadezen klagen daar luid over want ze vinden het te duur. Wij weten natuurlijk wel beter: wat een koopje is dat toch.
Nog niet zo lang geleden hadden de posterijen enorme problemen met het op tijd bezorgen van de post. Een poststuk, zelfs binnen de stad, kon er zo twee of drie dagen over doen, soms nog langer. Buiten de eigen woonplaats duurde het dan 't langst. Ook was het onbetrouwbaar, soms ging het snel, soms duurde het weken. Inmiddels hebben ze dit probleem wel redelijk opgelost.
Leuk blijft het om naar een echt Canadees postkantoor te gaan. Je wordt nog verwelkomd door de roffel van het handstempel. De beambten zijn vriendelijk en vrolijk. Ondanks de sfeer van weleer gaat het er efficiënt aan toe. Canadese postzegels zijn trouwens vaak kunstzinnig en kleurrijk. Je zou er nog een enthousiast verzamelaar van worden!
Van 6 augustus 2018
Canada heeft op zich een goed zorgsysteem. In beginsel zijn alle belangrijke behandelingen "gratis". Ze worden dus uit de algemene middelen betaald. Als je eenmaal in Canada woont, heb je daar ook gewoon recht op.
Er zijn wel wat uitzonderingen. Medicijnen, psychische bijstand, physiotherapie, tandarts, brillen en andere hulpmiddelen zijn vaak niet gedekt. Soms kun je uit een speciaal provinciaal potje geholpen worden. Maar de eenvoudigste manier is en blijft om je daar particulier voor bij te verzekeren. Veel werkgevers bieden zo'n pakket aan hun werknemers, vaak pas na een zekere wachttijd.
Voor de meesten zijn de kosten van behandeling dus geen probleem. De enorme wachttijden voor veel behandelingen zijn wel opgelopen. Het laat zich raden dat dit te maken heeft met budgetaire krapte. Er is gewoon niet genoeg overheidsgeld om de zorg optimaal te laten functioneren. Het politiek systeem verkiest lage belastingen over een verbeterde zorgverlening.
Er zijn plekken in Canada waar je een jaar moet wachten voor je een MRI krijgt. Voor knie- of heupoperaties zijn de wachtlijsten ook zo lang. Eigenlijk zijn er voor veel kostbare medische ingrepen erg lange wachtlijsten. Mensen vinden dat onaanvaardbaar en gaan op zoek naar een oplossing. Sommigen komen terecht in India of Mexico waar de behandelingskosten gering zijn. Ook bekend is de methode om vlak over de grens hulp te zoeken - maar dat is uiteraard onzettend duur en dus slechts voor een enkeling weggelegd.
Als immigrant heb je nog een andere mogelijkheid. Je kunt teruggaan naar je land van herkomst en daar op de bestaande zorgmogelijkheden teruggrijpen. Als je bijvoorbeeld ineens een medicijn moet innemen dat $1000 per week kost, nou dan zou je een keuze kunnen maken. Of als je dringend een operatie behoeft maar met een wachttijd van een jaar zit te kijken: dan weet je wat je zou kunnen doen. Er zitten beslist voordelen aan om in twee landen "thuis" te zijn.
Van 14 augustus 2018
Zodra je in Canada woont, val je in principe onder het Canadese erfrecht en dat is fundamenteel anders dan het Europese en met name het Nederlandse. Het is misschien een naar onderwerp maar let toch maar even op.
Vererving is in Europa vrij strak wettelijk geregeld. Er zijn kindsdelen en in bepaalde landen (Frankrijk, bijvoorbeeld) zijn zelfs onwettige kinderen rechthebbend. Het is testamentair slechts beperkt mogelijk daar aan te tornen.
In Canada wordt vererving alleen dan wettelijk geregeld indien er geen testament is. In een testament kun je, bijvoorbeeld, een kind geheel onterven. Een ouder die hertrouwt, laat soms alles na aan de overlevende echtgenoot. De kinderen krijgen dan helemaal niets en hebben verder ook nergens recht op. Ook is het mogelijk een kind zomaar te onterven indien een ouder dat beslist wil. Daartoe volstaat een eenvoudig testament.
De erfbelasting is minimaal in Canada (oud: successierechten). In feite betaalt men alleen maar "probate" rechten (bekrachtiging van het testament). Deze heffing is provinciaal geregeld en dus overal anders. Dat geldt trouwens ook voor de toepassing van het feitelijke erfrecht. Je bent overgeleverd aan de provinciale regels, gebruiken en wetten.
Wel moet de overledene nog "afrekenen" met de belastingdienst. Dit kan een aanzienlijke naheffing opleveren omdat men bij overlijden al zijn activa geacht wordt verzilverd te hebben. Het is alsof men ze verkocht heeft. Dit kan tot een aanzienlijke belastingschuld leiden, zoals vermogensaanwasbelasting.
Al met al is het erfrecht in Canada dusdanig anders dan in Europa, dat je er goed aan doet hier meteen werk van te maken en tijdig juridische hulp in te roepen. Vooral als een nalatenschap vrij aanzienlijk wordt, moet je hier beslist niet op beknibbelen.
Overigens ben je, voor wat betreft de erfbelasting, mogelijk niet meteen van de Nederlandse belastingdienst verlost. De eerste tien jaar na de emigratie ben je wellicht ook in Nederland nog erfbelasting verschuldigd. Het is ingewikkeld! Dus nogmaals, schakel goede hulp in - in beide landen.
Van 7 augustus 2018
(ingezonden) Nooit van mijn leven hab ik een nieuwe auto gekocht, altijd een tweedehansje; beviel me uitstekend. Na aankomst in Canada zou ik dat ook gaan doen, een gebruikte auto kopen. Maar dat liep heel raar.
Nieuwe auto's zijn goedkoop in Canada. Ik vind gebruikte auto's verhoudingsgewijs juist erg duur. Ik had altijd de vuistregel gehanteerd dat een nieuwe auto na vier jaar hooguit de helft waard is van toen die nieuw was. Die vuistregel gaat in Canada niet op. Een vier jaar oude auto is veel meer waard dan de helft - het waardeverlies gaat dus veel minder snel.
Laat dat dan zo zijn. Ik viel echter compleet van mijn stoel toen er op die hoge gebruikte prijs ook nog eens tax moest worden afgedragen, alsof het nota bene een nieuwe auto was. De volle mep dus, opnieuw. Nou is de tax hier "slechts" 15%, ik vond het toch onaangenaam en beledigend. Bovendien maakt het de gebruikte auto nog weer duurder. De tax zit niet bij de prijs in en wordt later ineens opgevoerd.
Maar oké, laat dat dan ook zo wezen. Vervolgens moest ik de auto financieren. Bij nieuwe auto's, zo wordt luid overal geadverteerd, betaal je 1% rente of nog minder. Bij gebruikte auto's worden markttarieven berekend. Eerst noemde men iets van 7 of 8 procent - maar toen bleek dat ik nieuw in Canada was, werd er moeilijk gedaan. De termijnbetalingen werden ineens veel hoger en het rentetarief werd verdoezeld - maar ik geloof dat het iets van 20% was.
De volgende chicane was de verzekering. Ook hier was ik in het nadeel als nieuwe bewoner van dit fantastische land. Ik had nooit een ongeluk gehad, waar dan ook, en was gewend aan 60% no-claim korting. Dat werd hier van de tafel geveegd. Volle mep betalen, meneertje. Eerst maar eens bewijzen dat u hier ook veilig kunt rijden. Ja zeg het maar ... welkom in Canada.
Het is dan nog een geluk bij een ongeluk dat de brandstof hier zo goedkoop is, dat er geen wegenbelasting bestaat en dat je bijna overal gratis kunt parkeren.
Van 9 augustus 2018
Hoe mensen met overlijden omgaan is overal een beetje anders. De uitvaart en de gehele ervaring die daarmee gepaard gaat, is in Canada goed vergelijkbaar met die in de Verenigde Staten.
Opvallend is dat de tijd tussen overlijden en begrafenis/crematie sterk kan variëren. Dat kan slechts een dag zijn maar het kan ook uitlopen tot meer dan een week. Het is dus niet strikt wettelijk geregeld.
In Canada worden velen gebalsemd (het lichaam wordt geconserveerd) en dat is in Europe heel zeldzaam. Een plechtige uitvaart is niet ongebruikelijk. Vaak wordt een overledene dan uitgebreid opgebaard voor het afscheid en het is dan gepast dat velen ook werkelijk aanwezig zijn, mede om te condoleren. De kist is dan vaak half open.
Een kerkelijke uitvaart waarbij de kist de kerk wordt in- en uitgedragen, zie je zelden. Wel zijn er veel gedenkdiensten, die soms pas weken of maanden na het overlijden plaatsvinden. Dan wordt er bijvoorbeeld een grote foto van de overledene bij opgesteld.
Ook in Canada is crematie heel gewoon geworden. Over het algemeen wordt er daarbij een wisselkist gebruikt - de kist wordt dan dus juist niet verbrand maar door het uitvaartcentrum ter beschikking gesteld. Begraven is, vooral buiten de grote steden, ook nog heel gewoon. Er zijn uitgebreide begraafplaatsen waar men een eeuwigdurend graf kan krijgen - een ruiming vindt dan dus nooit plaats. Die begraafplaatsen liggen vaak op een mooie plek. Wat wel opvalt is dat er haast geen grote grafmonumenten staan, die zijn dan juist heel bescheiden.
Heel veel Canadezen krijgen geen uitvaart. Het stoffelijk overschot wordt dan op kosten van de gemeenschap opgehaald en ter crematie aangeboden. Deze methode is gebruikelijk voor arme en eenzame overledenen - maar sommigen hebben het ook met opzet zo geregeld om zo heel stilletjes ervantussen te gaan.
Van 27 augustus 2018
De droom van de meeste Canadezen is toch wel om op goede dag een vrijstaand huis in eigendom te hebben. De meesten zijn ook zo opgegroeid: in een vrijstaand huis. Kan dit zo blijven doorgaan?
In de landelijke gebieden van Canada is dat nog steeds zo. Vrijwel iedereen woont in een vrijstaand koophuis. In de grote steden is dit aan het veranderen. Ook daar zijn er huurkazernes en veel mensen beginnen in te zien dat de droom van een eigen vrijstaand huis op een leuk stukje grond, niet meer betaalbaar is of zelfs erg onpraktisch.
Inmiddels is het in de grootste steden al heel gebruikelijk dat mensen een koopflat of rijwoning hebben. Toch is het, zelfs in die steden, nog steeds mogelijk om een eigen vrijstaand huis te hebben, alleen moet je daarvoor dan vaak wat verder van de binnenstad gaan wonen. Die drang naar een eigen vrijstaand huis op flink wat grond heeft eindeloze voorsteden opgeleverd waar velen twee auto's hebben, wat weer leidt tot vervoersproblemen de stad in. Zo kan het gebeuren dat mensen een of soms zelfs wel twee uur onderweg zijn naar hun werk.
Sommige Canadezen vinden het moeilijk te verkroppen dat ze zich geen eigen vrijstaand huis meer kunnen veroorloven. Je hoort dan wel dat het de schuld is van de rijke immigranten die alles opkopen en de prijzen opdrijven. Eigenlijk is dat ook wel een beetje zo - maar die trend bestaat ook in veel andere landen. Midden in London, Amsterdam of Parijs zijn er ook aanzienlijke beperkingen.
Het is absoluut onmogelijk de huisvestingssituatie in heel Canada in een klein BLOG artikeltje te behandelen. De regionale en zelfs plaatselijke verschillen zijn vaak enorm. Je hebt dus gedegen, vakkundige hulp nodig. Als je je kunt voegen naar wat de mogelijkheden zijn, dan kun je in Canada beslist fantastisch wonen
Van 2 augustus 2018
Je bent jong en je wilt wat. En zo kom je terecht in een ver, ver land als Canada. Je werkt hard en bouwt een leven op. Maar ... op bepaalde dag krijg je toch een belletje uit je vaderland dat je dringend moet overkomen.
Dat zijn geen leuke berichten. Ineens moet je naar een begrafenis of misschien slechts een ziekbed. Hoe dan ook, je kunt de reis niet behoorlijk plannen en je bent overgeleverd aan de beschikbaarheid van vluchten.
Afhankelijk van het seizoen moet je hoe dan ook flink in de buidel tasten of misschien zelfs business class vliegen.
Nog niet zo lang geleden hadden sommige maatschappijen een compassionate fare waarbij je dan een tussentarief kreeg aangeboden (niet heel duur maar ook niet heel goedkoop) als je kon aantonen dat het echt een familieomstandigheid was waar je niet onderuit kon. Dat werkte redelijk. Helaas zijn de meeste maatschappijen daarmee opgehouden.
Wel zijn er tegenwoordig heel wat concurrerende maatschappijen op de markt. Het is dan ook mogelijk een voordelig enkeltje te pakken te krijgen, waarbij je eventueel om moet reizen via een andere luchthaven of zelfs het laatste stuk met de trein moet afleggen. De terugreis is dan van later zorg en er zit niet zo'n tijddruk op, dus dat lukt heus wel.
Dankzij Internet is het vrij makkelijk uitzoeken wat de beste reismogelijkheden zijn. Echter, de standaard reiswebsites geven vaak maar een beperkt aanbod, namelijk alleen van die maatschappijen die een provisie betalen - veelal dus de duurdere. In dat geval moet je dan rechtstreeks zelf boeken bij de goedkopere maatschappijen.
Je hebt trouwens het consumentenrecht in Canada om een reisboeking binnen 24 uur kosteloos af te zeggen. Je kunt er dus een boeken voor de zekerheid en dan slim snel gaan verderzoeken naar iets voordeligers.
Van 10 augustus 2018
(ingezonden) We zijn wel wat gewend, ook Nederlanders staan er om bekend altijd hun mening klaar te hebben en Amsterdammers al helemaal. Maar kom je dan in Canada, dan lijkt iedereen over echt alles een mening te hebben.
Dat komt mij dan al snel een beetje dommig over want men ventileert soms een mening over dingen waar men niets van af weet. (I don't know but this is my opinion.) Dat schijnt zo te horen en dat vindt iedereen ook normaal.
Als ik dan zeg dat ik ergens geen mening over heb of dat ik er gewoon nog niet genoeg vanaf weet om er een mening over te vormen, dan kijkt men mij ongeloofwaardig aan, alsof ik de dommerik ben. En dan slaat dat soms zelfs om in een vorm van medelijden, want ja immers ik ben niet opgegroeid in Canada ... dus ik kan het ook niet weten. Ik moet het nog "leren". Hoe onbeschoft ze dan eigenlijk zijn, dat weten ze zelf niet eens.
Bijvoorbeeld. Moet er hier in de stad een nieuw ziekenhuis gebouwd worden? Kijk, daar zitten voor en nadelen aan. Het zou leuk zijn MAAR het kost een boel geld dus moeten de belastingen omhoog. Nou, dat is dan toch geen zwart-wit antwoord?
Ander voorbeeld. Moeten kinderen strenger opgevoed worden of moet je ze maar laten doen wat ze willen? Ook zoiets. De waarheid ligt misschien in het midden. Maar dat wil men niet horen. Je bent of voor of tegen, zonder nuance dus.
Meer algemeen zou men kunnen zeggen dat Canadezen over veel dingen zwart-wit denken, de hele samenleving en vooral de politiek bijvoorbeeld is daarop gebaseerd. Het beginsel van het compromis vindt men maar raar. Het één of het ander. Je bent voor of je bent tegen. Of anders ben je een nul.
Van 23 augustus 2018
(ingezonden) Dat had ik altijd nogal graag gedaan: koken en bakken. Kom ik op gegeven moment in Canada aan, is alles ineens heel anders. Vooral met bakken moest ik helemaal opnieuw beginnen.
Bij het eerste het beste Canadese recept dat ik onder ogen kreeg was het meteen helemaal prijs. Niks kwam overeen. De ingrediënten worden niet in gewicht aangegeven maar in vage inhoudsmaten. Gewend zijnde aan "250 gram bloem" sta ik goed te kijken als ze het hebben over "een kopje bloem". Hoeveel is dat dan? Groot kopje, klein kopje? Een theelepeltje dit en een eetlepel dat. Wat zullen we nu beleven? Gelukkig kun je in de winkel wel maatbekertjes kopen en die zijn dan precies goed. Want, hoe zielig "kopje en lepeltje" ook klinkt, het is officieel wel vastgelegd hoeveel dat eigenlijk is.
Helemaal raar wordt het als je bijvoorbeeld een kopje boter moet bijvoegen. Hoe, in hemelsnaam, dien je de boter in een kopje te wurmen? En er dan weer uit te schrapen? Wat blijkt echter ... op de zijkant van het pakje boter is het aangegeven. Half kopje, heel kopje. Maar zou ook dit niet veel eenvoudiger zijn om per gewicht te doen in plaats van volume?
Uiteindelijk kom je dan bij de oven uit die in Fahrenheit werkt. Nou, dat is met een omrekentabel dan nog te doen. Maar wat blijkt, de ene oven is veel heter dan de andere - dus gewenning blijft heel belangrijk.
Overigens zijn ingrediënten ook anders. Wie had er ooit geweten dat er zo veel verschillende soorten bloem zijn? En gist is hier ook niet hetzelfde. En bakpoeder. Zelfs suiker is ingewikkeld met alle kleuren en korrelmaten.
Al snel lukte het allemaal toch wel. Een ding staat vast: Canadezen waarderen het enorm als je met iets aankomt dat zelf is gebakken. Mijn baksels zijn een soort exportproduct geworden.
Nederlanders, zo zeggen ze dan, die kunnen echt lekkere dingen bakken.
Van 29 augustus 2018
(ingezonden) Het was me opgevallen dat kaas, en zeker ambachtelijke kaas, ontzettend duur is in Canada. Ik zag dus een gat in de markt. De Canadese immigratiedienst was er ook razend enthousiast over.
Ik had in Nederland een middelgroot ambachtelijk kaasproductiebedrijf. We hebben alles verkocht en van de opbrengst konden we het ons permitteren alles netjes in Canada weer op te bouwen. Zulks is geschied. Een tijdje later stond ons nieuwe productiebedrijf in de startblokken in Canada.
Slechts één echt groot probleem deed zich voor. De levering van rauwe melk. Daartoe waren we aangewezen op het melkkartel (the Milk Board) en die wilden ons wel beleveren maar dan uitsluitend aan de volle kleinhandelsprijs. Korting voor een kaasfabriek wilde men niet geven. Rechtstreeks bij een melkboer halen mocht niet. Uit een andere provincie mag helemaal niet - het leek wel of je illegaal drank aan het verhandelen zou zijn. Melk uit de VS dan? Mag niet. Uit Europa? Mag ook niet. Alles liep al heel snel dood.
Omdat de melk te duur was konden we de kaas niet concurrerend aanbieden. Het avontuur liep eigenlijk meteen al vast en nog wel op zoiets eenvoudigs. Binnen twee jaar waren we weer terug in NL, een illusie armer. De kinderen begonnen zich net op school thuis te voelen. We kregen al wat vrienden. Ineens was alles voorbij, het kaartenhuisje stortte in.
Met een gigantisch verlies hebben we bijna alles in Canada verkocht en zijn, haast letterlijk met hangende pootjes, teruggekeerd naar Europa. Dit debacle was te voorkomen geweest met iets diepgaander onderzoek.
Had ik maar een deskundige ingehuurd. Als ik toen had geweten dat menno.ca het probleem had weten te doorzien, nog ruim voordat ik al mijn investeringen deed, dan was deze deconfiture te voorkomen geweest (red.: dat klopt). Ik raad dan ook een ieder aan een specialist in de arm te nemen om een gigantische misstap als deze te voorkomen.
Van 4 augustus 2018
(ingezonden) Of je winkelen nu leuk vindt of niet, het moet af en toe gebeuren. Dus dan ga je naar een winkel waar het er een beetje plezierig aan toe gaat, als je de keuze hebt? Of toch maar naar de groothandel?
Om bij zo'n groothandel te "mogen" winkelen, moet je eerst een lidmaatschap kopen. Reken op $100 per jaar. Pas dan krijg je toegang tot dit hebzuchtfestijn. In bijna elke grotere plaats in Canada zit er wel een: Costco, een concept dat overgewaaid is uit de VS. Ze zitten veelal aan de stadsrand, zijn gigantisch en hebben enorme parkeerterreinen met overmaatse parkeervakken voor de extra grote voertuigen die je nodig hebt om alle verpakkingen handig te kunnen verstouwen.
Eenmaal binnen in de groothandel, valt meteen op dat er een gigantische overvloed heerst met dozen en pallets tot aan het plafond. Toch gedragen de klanten zich alsof er schaarste heerst. Ze laden de spullen gehaast in de winkelwagens die dubbel zo groot zijn als in een gewone supermarkt. Voor sommige klanten is dat nog niet genoeg. Die doen de ronde met twee winkelwagens. Voor de grotere aanschaffingen zijn er zelfs platte wagens die je kunt rondduwen.
Je koopt hier niet een pak sinaasappelsap, nee je koopt er 24 van. Niet een biefstukje, nee dat gaat met kilo's tegelijk. Brood? In gigantische zakken. Maar je kunt ook kleding, meubelen, bloemen, elektronica, medicijnen, doe-het-zelf artikelen en autobanden meenemen. Over het algemeen is alles iets goedkoper dan in gewone winkels - maar je moet er dus wel veel meer tegelijk van kopen.
Bij de kassa's zie je links en rechts mensen $1000 tegelijk afrekenen alsof het niets is. Alsof ze dit regelmatig doen - en misschien doen ze dat ook wel.
Ofschoon dit beslist de ongezelligste winkel in de stad is, lopen de zaken prima. Het is er steevast bomvol met gretige kopers. Ikzelf kom er altijd terneergeslagen vandaan. Wat een droevige uitwas van de consumptiemaatschappij. Om me heen vooral blije mensen: ze hebben hun slag geslagen.
Bij het horen van het woord "regenwoud" denken de meesten aan het tropisch regenwoud. Maar er is ook een uitgebreid gematigd regenwoud, namelijk langs de gehele westkust van Canada (en de VS).
Inderdaad valt er veel regen aan de westkust en de natuur gedijt goed. Enorme wouden met gigantische naaldbomen, reuzenvarens en mosbegroeïng zijn typerend voor deze streek. Bergstroompjes, snelstromende rivieren, watervallen en meren horen ook bij dit beeld. Met veel zee-inhammen en massieve groepen bergen is het geen wonder dat velen dit het fraaiste deel van Canada noemen. Gecombineerd met heel zachte winters, vrijwel zonder ijs en sneeuw, is het logisch dat er hier redelijk veel mensen zijn komen wonen.
Met de komst van de bevolking is een flink deel van het originele regenwoud weggekapt - maar het groeit ook weer vrij snel aan. Dit is nog steeds een nat deel van Canada, waar de bomen en planten dan ook wel bij varen.
Het toerisme loopt prima, men komt uit alle hoeken van de aardbol om dit te beleven. De filmindustrie heeft het gebied ontdekt, er worden veel Amerikaanse films en TV-series geproduceerd. Maar het opmerkelijkst is de aantrekkingskracht die dit deel van Canada heeft op immigranten. De westkust heeft al heel lang een jaarlijks migratie-overschot. Geen wonder natuurlijk, want wie wil er nu niet in het prachtige Canadese regenwoud wonen?
Maar dat is het 'm nu juist. De meeste immigranten zoeken helemaal niet de wouden op, die gaan rechtstreeks naar de stad waar de sociale en economische mogelijkheden voor het oprapen liggen. Dit levert wel veel welvaart op. En intussen liggen de Canadese regenwouden er nog haast even ongerept bij.
Er wordt veel waarde gehecht in Canada aan de resultaten van de volkstelling. Dat komt omdat er geen burgerlijke stand is. Iedereen en ook echt iedereen moet aan de volkstelling meedoen.
Wat is de bevolkingsontwikkeling, gespreid over het land? Waar zijn diensten nodig in de toekomst? Wat zijn de economische en sociale ontwikkelingen? Dit zijn allemaal dingen (en nog veel meer) die de overheid moet weten om redelijk efficiënt te kunnen anticiperen. Vooruitzien is immers regeren. In landen met een burgerlijke stand is het eenvoudig. Met een druk op de knop kan men bepaalde dingen aflezen. Bijvoorbeeld hoeveel scholen zijn er ongeveer nodig over tien jaar? Of hoeveel ziekenhuizen, bejaardenhuizen, vervoersvoorzieningen, enzovoort? Planning is ontzettend moeilijk zonder een burgerlijke stand.
Op elk adres in het hele land, maar dus ook elke caravan, vakantiewoning of hut die men kan vinden, wordt er persoonlijk een volkstellingsenvelop afgegeven. Als die onbeantwoord blijft gaat een speciale ambtenaar er op af. De sleutelvraag is: hoeveel mensen wonen er en wat zijn hun leeftijden. Wie dan boft (niet dus) wordt geselecteerd voor de uitgebreide vragenlijst. Hoeveel verdien je, waar ben je geboren, hoeveel auto's heb je ... ze vragen je het hemd van je lijf. Alles officieel anoniem, zo wordt er wel bijgezegd.
Canadezen zijn gewend aan privacy. Het is dan ook elke keer weer hommeles als de volkstelling langs komst. Sommigen weigeren zelfs botweg om mee te doen.
Het ontbreken van een burgerlijke stand levert toch heel wat problemen op. Je kunt mensen bijvoorbeeld ook geen kieskaart opsturen dus dat moet anders opgelost worden. Wie wil stemmen moet zich opgeven voor het kiesregister (de voting registry). Daarmee heb je dan al met al toch een soort burgerlijke stand alleen heet het anders. Intussen kost de Canadese volkstelling wel een gigantisch vermogen.
Zoals vrij gebruikelijk in Canada zijn de wetten rond echtscheiding vastgelegd door de federale regering (Divorce Act 1968 en bijgesteld in 1986). De uitvoering ervan ligt echter bij de provincies.
Dat is al een hele vooruitgang van hoe het er voor 1968 aan toe ging. Er waren toen uitsluitend koloniale regelingen die in elke provincie heel anders konden zijn. Zoals in de meeste moderne landen, bestaat er in Canada de mogelijkheid om no-fault te kunnen scheiden. Er hoeft geen "schuldige" partij meer te worden aangeduid. De procedure is op zich vrij eenvoudig (als er geen kinderen zijn) maar wel erg tijdrovend. Als er kinderen zijn gaat de rechtbank dieper op de zaak in. Ook als de partijen het zelf niet eens kunnen worden, kan de kwestie best lang voortslepen.
Wie in een ander land gehuwd is en zich in Canada wil laten scheiden, kan tegen bepaalde contractuele problemen aanlopen. Dit kan vooral lastig worden als het huwelijk in een land met een heel ander rechtssysteem plaatsvond, zoals onder Shariawetten (Islamitisch recht).
Kwesties als alimentatie en de verdeling van eigendommen vallen ook weer onder een federale wet (Family Law) maar worden per provincie geïnterpreteerd en ten uitvoer gelegd. Er zijn dan ook aanzienlijke verschillen per provincie. Ongehuwden vallen in veel gevallen eveneens onder deze wetgeving en onder de ingewikkelde interpretatie ervan. Ongehuwden die uit elkaar gaan hebben soms (maar lang niet altijd) evenveel rechten als gehuwden.
Uiteraard is het onmogelijk het onderwerp echtscheiding in Canada in een kort BLOG artikeltje echt te behandelen. Wat wel meteen naar voren komt is dat er vergaande consequenties kunnen zijn. Al snel heb je juridische hulp nodig. Het is nuttig je in te lezen over het onderwerp en daartoe zijn er heel wat officiële en minder officiële publicaties beschikbaar, bijvoorbeeld on-line en bij de rechtbanken. Wat een naar onderwerp vandaag, volgende keer misschien iets vrolijkers?
Als je in Canada zakelijk voet aan de grond wilt krijgen, dan is de overname van een reeds bestaand bedrijf een mogelijkheid. Je kunt bijvoorbeeld je immigratieplannen daarop baseren.
Je kunt een bedrijf kopen mét onroerend goed of zonder. Als er geen onroerend goed bij de bedrijfsaankoop is inbegrepen, dan neem je waarschijnlijk een huurovereenkomst over. Dat kan lastig zijn want de verhuurder kent jou niet en je financiële en zakelijk achtergrond is moeilijker te verifiëren. Verder vallen zakelijke huurovereenkomsten niet onder enige vorm van huurbescherming. Het is dus echt oppassen.
Het zal je opvallen dat in veel gevallen de koopprijs vrij laag lijkt. Dat komt omdat er in Canada van bijna alles een overschot is - dat drukt de prijzen enorm. Een taxateur zal er geen moeite mee hebben de waarde van een bedrijfspand in perspectief te zetten. En een accountant kan vrij snel uitpluizen hoe de zaken eigenlijk lopen - en of de vraagprijs dan een beetje klopt.
Ook in Canada wordt vrij veel "zwart" gedaan. Een deel van de mogelijke winst wordt zo uit de boeken gehouden. Vaak zal een verkoper dit ook opvoeren als een verkoopbevorderend punt. Immers, wie wil er nu niet de belastingdienst beduvelen? Zo wordt dat dan gesteld. Een goede vuistregel is misschien dat diegenen die zonder blikken of blozen de belastingdienst beduvelen, er vast ook geen moeite mee hebben om jou een loer te draaien. Pas dus dubbel op.
Sommige immigranten betalen grif te veel bij het overnemen van een zaak alleen al om hun voet in de Canadese immigratiedeur te krijgen en om de immigratie wat sneller rond te krijgen. Dat is jammer en eigenlijk onnodig. Zorg dat je professionele hulp achter de hand hebt. Op die manier kun je er financieel echt beter van worden.
Geld op een spaarrekening zetten, dat kun je haast overal - en dus ook in Canada. Levert dat wat op bij de bank, zitten er risico's aan en wat staat je fiscaal te wachten?
Geld op een gewone Canadese spaarrekening levert wel wat op maar het is niet veel, ofschoon iets meer dan in Europa momenteel gangbaar. Hier en daar krijg je één of twee procent rente en enkele banken (soms ook de grotere) bieden af en toe speciale tijdelijke (hogere) tarieven aan, voornamelijk om het geld weg te lokken van andere financiële instellingen. Als je er dan snel bij bent is er zo hier en daar wel iets extra te verdienen.
Zitten er risico's aan banksparen? Nee, niet echt. Tot $100,000 per rekening val je onder de federale depositogarantie: http://www.cdic.ca/ waarbij opvalt dat deze alleen voor federaal geregistreerde instellingen geldt. Voor provinciaal geregistreerde financiële instellingen is het per provincie anders geregeld. Wel is er overal een soort risicobescherming voor spaarrekeningen.
Het grootste risico bij banksparen is misschien de inflatie, die ook in Canada vaak meer is dan de rente die je op je spaargeld kunt krijgen.
Fiscaal pakt Canada het inkomen uit spaarrente heel eenvoudig aan. Het wordt doodleuk bij je belastbaar inkomen geteld; er zijn geen vrijstellingen, zelfs geen gedeeltelijke. Canada kent het box 1, box 2 en box 3 systeem dus niet. Vooral voor diegenen die verder al een redelijk inkomen hebben, is banksparen zodoende weinig profijtelijk. Het verzwijgen van rente is ook in Canada zo goed als onmogelijk. Alles wordt door de bank rechtstreeks doorgegeven aan de belastingdienst.
Zijn er in Canada dan geen alternatieven voor de aloude spaarrekening? Natuurlijk wel, er zijn er zat. Wat betreft opbrengst, risico en fiscale aspecten wordt het dan al snel behoorlijk ingewikkeld. Meer daarover een ander keertje.
In een supergroot land valt het te verwachten dat de afstanden aanzienlijk zijn en dat je dus heel ver moet rijden om ook maar ergens te komen. Er zijn gerust mensen die een weekendje op bezoek gaan bij kennissen die 1500 ver weg wonen.
Opvallend is dan ook dat Canadezen die enorme afstanden in één ruk rijden. Rustpauzes zijn voor slappelingen, zo vindt men. Terwijl ons toch geleerd is na elke twee uur rijden een kwartiertje iets anders te gaan doen om alert te blijven, vindt men dat hier maar flauwekul. Wie een rustpauze voorstelt, wordt haast argwanend aangekeken. Zet de cruise control aan en rijden maar. En inderdaad, zo kun je lekker doordrukken, maar of je zo fit bent en blijft? En of dit wel zo bevorderlijk is voor de verkeersveiligheid?
Ook als men op vakantie gaat naar, noem eens een buitenplaats, Florida, dan is men er trots op daar razendsnel naar toe te rijden. Je rijdt gewoon een dag en een nacht door en je bent ter plekke. Niks bijzonders aan!
Er zijn verschillende redenen waarom dit zo gaat. Ten eerste wil je je natuurlijk niet laten kisten door de enorme afstanden. Ten tweede is autorijden gewoon veel goedkoper hier, alleen al door de lage brandstofkosten. Ten derde zijn de wegen vaak breed en zo goed als leeg, althans buiten de grote steden. En ten vierde, hoe zou je het anders doen? Bussen en treinen zijn er haast niet. En vliegen wordt al snel begrotelijk, zeker als we het hebben over een auto vol.
Voor veel Canadezen draait het leven hoe dan ook om de Heilige Koe. Het is een statussymbool, het is een teken van vrijheid en zelfstandigheid. Bijna iedereen gebruikt zijn auto elke dag, vaak zelfs meerdere keren per dag. Om dan ook af en toe ontzettend ver weg te gaan, per auto, dat hoort er gewoon bij.
Canada groeit enorm (in bevolkingsaantallen) en dat is eigenlijk altijd al zo geweest. Het komt dan misschien als een verrassing dat er, ook in Canada, welzeker aanzienlijke krimpgebieden zijn.
De (verhoudingsgewijs) enorme bevolkingsgroei in Canada is terstond af te lezen uit deze statistiek:
> Canada (1945): 12 Miljoen inwoners - (2016): 35 Miljoen inwoners.
> Verenigd Koninkrijk: (1945) 47 Miljoen inwoners - (2016): 64 Miljoen inwoners.
> Nederland: (1945) 9 Miljoen inwoners - (2016): 17 Miljoen inwoners.
> België: (1945) 8 Miljoen inwoners - (2016): 11 Miljoen inwoners.
De groei in Canada is echter voornamelijk ten gunste van de grote steden gekomen. Steden als Toronto, Calgary en Vancouver zijn in korte tijd gigantisch geworden. De meeste kleinere steden groeiden ook wel maar in verhouding veel minder. Opvallend is echter dat vooral de landelijke gebieden flink leeg zijn gelopen ten gunste van de stedelijke gebieden. Deze beweging is in de meeste geïndustrialiseerd landen te zien maar dus ook in Canada.
In veel landen wordt enige sturing gegeven aan de trek naar de steden - maar niet in Canada. Zo kan het gebeuren dat vrijwel alle streken die niet nabij een grote stad liggen, nog steeds aan het ontvolken zijn. Scholen en ziekenhuizen worden stilletjes aan gesloten, andere voorzieningen worden ook minder. Werkgelegenheid verdwijnt en huizenprijzen kelderen. In de steden gebeurt tegelijkertijd het tegenovergestelde. Vrijwel alle investeringen geschieden dan ook in de stedelijke gebieden - dit geldt voor vrijwel het gehele land.
Met deze kennis kun je je voordeel doen. Je kunt met de stroming meegaan of juist het tegenovergestelde doen. Wil je in een stad wonen of liever veraf? Of ergens tussenin? Echter, hoe de bevolkingsstroom in de toekomst zal wezen, daar kunnen we naar gissen. Maar weten doen we het niet.
(ingezonden) Op bezoek bij een kennis, kregen we ineens het idee dat het wel leuk zou zijn even te gaan uit-eten. We klommen in haar minivan en ze reed ons naar een drive-through restaurant.
Dat was handig want ze is nogal corpulent, dus om telkens de auto in en uit te moeten is nogal een gedoe. Je staat met de auto even in de rij en dan schuif je langzaam op naar een soort praatpaal waar je je bestelling opgeeft. Blij gemutst schuift de rij dan langzaam in de richting van het uitgifteloket waar je eerst moet betalen (uiteraard) en dan wordt je een zak met voer uitgereikt.
Met voertuig, etenszak en al zoek je een parkeervak op en daar kan het slobberfestijn beginnen. We hoefden ons verder niet te verroeren. Het opvallende van die Amerikaanse minivans is dat je er niet rechtop in zit. Die dingen zijn zo ergonomisch duf in elkaar gezet dat je de zitting helemaal naar voren moet schuiven om bij de pedalen te kunnen en dan de rugleuning helemaal achterover om te kunnen ademen. Je gaat dus liggend door het verkeer.
Zodoende konden we ook "liggend" eten. Zonder bestek duw je het voedsel zo snel mogelijk naar binnen. Kauwen hoeft niet want het is allemaal al zacht. Je neemt razendsnel veel calorieën tot je zonder al te veel inspanning. Het is toch te begrijpen dat mensen hier snel in omvang toenemen.
Het liggend eten gaat wel gepaard met flink wat morsen. Af en toe tuimelt er een french fry op de vloer en van het meer vloeibare bestanddeel van de maaltijd verdwijnt er af en toe wat in de autobekleding. Geeft allemaal niks. Het verklaart wel die huiselijke geur die je tegemoet komt bij het bestijgen van de minivan.
Stel je eens voor hoe emigratie 100 jaar geleden ging. Dat was voor velen echt enkele-reis alleen al vanwege de aanzienlijke kosten. Bovendien duurde het lang en het was niet zonder gevaar.
Men ging per boot en vervolgens per trein dwars door Canada wat ook weer enkele dagen extra zou duren. De enthousiaste verhalen van anderen, wat vage foto's en de wil om er wat van te maken, daar dreef men op. Eerst een verkenningsreis ondernemen, dat was er niet bij. Dat was veel te duur. Men kwam op de bestemming aan en moest maar meteen aan het werk gaan, aannemende dat er werk was.
Huisvesting was bar, openbare voorzieningen heel matig, de beschikbaarheid van kruidenierswaren was af te wachten en de medische voorzieningen ook. Wel kon een ieder terecht in de kerk en dat was dan ook vaak het sociale brandpunt van de gemeenschap. De taal, als je die al niet goed beheerste, was een struikelblok. Een enorm isolement dreigde.
Daar kwam bij dat je alleen maar per briefpost met "thuis" kon communiceren. Telefonie was minimaal en eigenlijk alleen voor de rijken. Even snel per internet of skype in contact blijven, ja dat kon natuurlijk ook nog niet. Heimwee moet enorm geweest zijn maar het moet ook onmogelijk geweest zijn daar iets mee te doen. Stel je niet zo aan, dat zou men te horen hebben gekregen. Je woont nu toch in een prachtig land met alle mogelijkheden?
Er is nu in Canada zelfs een immigratiemuseum: https://pier21.ca/home.
Het was zo anders dan het nu is, het is moeilijk het je voor te stellen. Je kunt nu eerst even in Canada gaan kijken, een vakantie nemen, in contact blijven, weer terug gaan voor korte of lange tijd. En nog steeds is Canada een prachtig land. Over de mogelijkheden kun je gewoon nog altijd niet uitgepraat raken.
Het valt op dat in Canada een heleboel dingen ontzettend snel geregeld worden. Daar zit wel iets in want als het toch gedaan moet worden, dan kun je het net zo goed meteen doen. Waarom zou je treuzelen?
Een leuk voorbeeld is het verkrijgen van je rijbewijs. Je krijgt dat meteen mee als je daartoe gerechtigd bent en je hoeft dus niet keer op keer te verschijnen om dat in orde te maken. In de meeste provincies hebben ze zelfs van die dure machines op het uitgiftekantoor staan waar het document voor je neus wordt aangemaakt, inclusief alle veiligheidskenmerken. Echt opmerkelijk.
Zo'n zelfde idee heerst bij de autodealer. Je ziet een auto die je wilt kopen (en ook kunt kopen, natuurlijk), nou dan doen ze er ook alles aan om je die terstond mee te geven. In een wip is alles geregeld. Met tijdelijk kenteken en voorlopige verzekering ben je zo gesteld. Zelfs de financiering kan ter plekke in orde worden gemaakt.
Wil je een huis laten bouwen? Nou, de bouwvergunning is nog dezelfde dag klaar en het huis (houtskeletbouw) staat in een recordtijd van drie maanden. Dan kun je er in. Meubelen kunnen onmiddellijk en uit voorraad geleverd worden. Voor de tuinaanleg komen ze langs met een grote vrachtwagen met hele rollen kant-en-klare graszoden. De struikjes gaan er meteen in en de bloembakken dan ook maar. Alles lekker vlug klaar op die manier.
Men noemt dit wel het principe van de instant gratification, de onmiddellijke genoegdoening dus. De verwachting om meteen te krijgen wat je wilt, zit er dan ook diep in bij de mensen.
Vaak lukt dat maar soms ook helemaal niet. De gezondheidszorg kent weer wel eindeloze wachtlijsten. En daar staan de mensen dan ook vaak juist erg beteuterd bij te krijgen. Hoezo is dat niet meteen beschikbaar? I want it and I want it right now.
Da's even behoorlijk verwarrend als Canadezen het hebben over "Eight o'clock at night" of "Two o'clock in the morning". Hun tijdsaanduidingen komen niet overeen met de onze, zo zou je kunnen zeggen.
Immers, onze nacht loopt van middernacht tot zes uur en onze ochtend dan van zes uur tot 12 uur. Nogal eenvoudig, verder. In Engelstalige gebieden is dat niet zo duidelijk. Als een Canadees het heeft over "Eight o'clock at night" dan bedoelt men acht uur 's avonds (20:00 uur dus) waarbij "night" dan staat voor de tijd van de dag nadat het donker is ingetreden. Maar ook in de zomer (als het dus nog gewoon licht is) wordt "Eight o'clock at night" gebruikt voor 20:00 ofschoon het dus nog lang geen nacht is. Je moet het maar weten.
Datzelfde kunstje geldt voor "Two o'clock in the morning" waar eigenlijk iedereen meteen van weet dat hier midden in de nacht mee wordt bedoeld. Zo zijn er wel meer tijdsaanduidingen die niet altijd meteen duidelijk zijn. Een enkeling gebruikt de am/pm aanduiding om aan te geven of je aan de voormiddag of namiddag moet denken. Bij twijfel moet je maar niet schromen om uitleg te krijgen.
Zelfs Engelstaligen hanteren verschillende systemen voor tijdsaanduiding. Kom je in Canada iemand tegen die uit Engeland of Ierland afkomstig is (en heus, daar zijn er velen van), kijk dan niet op als die het over "half four" hebben. Ze bedoelen dan juist niet 3:30 (half vier), ze bedoelen 4:30, eigenlijk dus "half past four".
En zo is klokkijken in Canada altijd een beetje anders, niet altijd eenduidig en vaak gewoon een stuk ingewikkelder. Wat je als vierjarige hebt geleerd, dat is ineens onderhevig aan interpretatie en allerlei misverstanden.
(ingezonden) Het Nederlandse volk is vrij reislustig - ik kom ze hier nog steeds vaak tegen. Gisteren was het twee keer prijs. Ik kan het dan niet laten om een praatje aan te gaan en even hun verhaal aan te horen.
Blij geïnstalleerd op een zitplaats in de verder vrij volle stadsbus, zag ik hoe een jong gezin bij een volgende halte instapte. Ik stelde meteen vast: modieus gekleed, rechtop lopend, lang en slank, beschaafd en bescheiden met elkaar pratend ... dat zijn geen Canadezen. Ik luisterde eens goed en ja hoor. Er werd Nederlands gesproken en ik ben dus een praatje begonnen. Oh wat leuk, over en weer, het ging er meteen vriendschappelijk aan toe. In Nederland zouden ze me niet aangekeken hebben want ik ben niet van "hun stand" maar hier, in den vreemde, was het gewoon gezellig. De afstand werkt kennelijk verbroederend.
We hebben nog net geen e-mails uitgewisseld maar ik kreeg wel een flinke omhelzing bij het afscheid. Nog maar net bekomen van deze leuke ontmoeting, was het meteen weer prijs in de metro. Dit was een heel ander "soort" stel uit NL, aan het rondtrekken met rugzakken leek me. Desalniettemin, weer een praatje gemaakt en opnieuw leuk en gezellig.
Waar ik ook ga in Canada, ik kom veel Europeanen tegen. Soms zijn dat toeristen die familiebezoek combineren met de reis van hun leven. Vaak zijn het mensen die hier wonen en werken. De meesten vinden het gezellig even in hun moedertaal te babbelen, maar een enkeling doet wat stug. Daar moet ik dan wat om grinniken, ze zijn zogenaamd al echt "Canadees" geworden.
Overigens kom ik minstens zo veel Duitsers tegen en het verschil is niet altijd zo gemakkelijk te zien. Maar al met al toch een geweldige gelegenheid om hier in Canada weer een beetje Duits te kunnen oefenen.
Voor een vrij recent land, heeft Canada best veel symbolen, waarvan de fraaie rood-witte vlag met het gestileerde ahornblad (de maple leaf) toch wel de meest bekende is. Maar er zijn er meer.
Het ahornblad is terug te vinden in alles wat met de federale overheid te maken heeft: het koninklijk wapen, het geld, de politie maar ook bij bedrijven die kenmerkend zijn voor Canada. De luchtvaartmaatschappijen bijvoorbeeld. Overigens is ahornsap (maple syrup) op zich ook een Canadees symbool. Het wordt in toeristenwinkels dan ook veel verkocht.
Tussen twee haakjes: het kleurrijke geld (het is geen papiergeld, het is juist gemaakt van een soort plastic) en de nationale politie (RCMP) kunnen op zich ook genoemd worden als symbolen van Canada.
In de dierenwereld vindt men ook veel symbolen van Canada. Het opmerkelijkst is misschien de bever die onder andere op de stuiver is afgebeeld. Maar ook de poolbeer, de eland, zalm en verschillende vogels worden sterk met Canada geassocieerd. Deze symbolen zie je ook vaak terug in de indianenkust.
In de sportwereld zullen velen ijshockey met Canada associëren. Inderdaad scoort Canada altijd hoog bij internationale ijshockeywedstrijden. Maar de eigenlijk nationale zomersport van Canada is lacrosse, ook een teamsport.
Uiteraard is het volkslied (O, Canada) ook een symbool van Canada alsmede het nationale motto A Mari usque ad Mare (van zee tot zee). Minstens zo interessant is het om Canadezen zelf te vragen wat zij zien als symbolen van Canada. Men noemt dan bijvoorbeeld de tweetaligheid van het land, de aanzienlijke immigratie, het multiculturalisme, vrijheid van meningsuiting en de algemene veiligheid. Opvallend is dat men actief vergelijkt met de Verenigde Staten.
En daar kunnen we het allemaal toch wel over eens zijn. Ofschoon Canada een beetje lijkt op de Verenigde Staten, is het in heel veel opzichten een veel aantrekkelijker land met grotere vrijheden, rechtszekerheid, beschaving en ingetogen waardigheid.
Als je naar Canada verhuist, dan mag je je eigen spulletjes gewoon meenemen. Voor verhuisgoed krijg je, uiteraard, vrijstelling van invoerrechten en omzetbelasting (BTW/Sales Tax). De gebruikelijke term is settlers effects.
Sommige immigranten komen aanzetten met containers vol. Dat is op zich een goed idee want je kunt gebruikte meubelen vaak maar slecht verkopen en het is een gedoe (en duur) om weer nieuwe op de plaats van bestemming aan te schaffen. Als je antiek meevoert, dan neemt dat over het algemeen erg veel plaats in en het moet speciaal ingepakt worden om transportschade te voorkomen. Desalniettemin geniet antiek meubilair veel aanzien in Canada - misschien ook voornamelijk omdat er niet zo veel van is.
Er zijn dingen die je helemaal niet mee kunt nemen. Elektrische apparaten, bijvoorbeeld. Niet alleen is het voltage anders, ook de netfrequentie is hier hoger. Koelkasten en wasmachines neem je dus liever niet mee. Bijna alles kan eventueel aangepast of omgebouwd worden, maar het is het al heel snel gewoon niet waard. Lampen kunnen trouwens wel mee, er hoeft slechts een andere steker aan en een nieuw peertje in. Neem uiteraard geen drank, cigaretten of drugs mee.
Uiteindelijk slepen mensen de gekste dingen met zich mee. Gereedschappen, bouwmaterialen, machines, fietsen en zelfs hele auto's. Dat laatste kan problematisch zijn want de keuringseisen zijn hier heel anders. Antieke auto's kunnen juist weer wel. Kijk het vooral goed na, anders moet je er nog een peperduur terugsturen.
Een belangrijke reden om spullen mee te nemen is om je snel thuis te kunnen voelen. Sommige mensen zijn er erg gevoelig voor, anderen juist niet. Ontegenzeglijk kunnen dingen uit een vertrouwde omgeving een gevoel van welbevinden opwekken. Dat geldt dan misschien nog wel het meest voor erfstukken en andere dingen die een emotionele waarde hebben.
Saai onderwerp vandaaag - over belastingen. Toch is het juist in Canada helemaal geen saai onderwerp want er zijn zo veel verschillen mogelijk. Denk dan ook aan omzetbelasting, accijnzen, OZB en andere heffingen.
Iedereen wil weten waar de belastingen het laagst zijn. Binnen Canada is dat nogal eenvoudig: daar waar het 't rijkst is. En omgekeerd ook: daar waar het 't minst rijk is, zijn de belastingen juist het hoogst. Dat is nog logisch ook. Immers, overheidsdiensten kosten overal min of meer hetzelfde. Als er dan armere mensen wonen, moet je een procentueel grotere belasting heffen dan als het rijkere mensen zijn.
Er zijn federale belastingen, provinciale belastingen en gemeentelijke belastingen. De federale inkomstenbelasting is overal in beginsel gelijk - maar de provinciale belasting werkt als opslagpercentage op de federale belastingen. Dat opslagpercentage is het hoogst in de armste provincies (Newfoundland bijvoorbeeld) en het laagst in de rijkste provincies (BC bijvoorbeeld). De armsten worden dus het zwaarst aangeslagen.
Ook wat betreft de omzetbelasting (BTW/sales tax) zie je dit. In Alberta is deze 5% - en dat is een van de rijkste provincies. In New Brunswick is deze 15% - en dat is een van de armste provincies.
De OZB is een gemeentelijke belasting, berekend als percentage van de geschatte waarde van het onroerend goed. In de arme gebieden zijn de onroerend-goed waarden het laagst en de tarieven dus hoog. In de rijkere gebieden zijn de tarieven juist lager. Het is in ieder geval niet zo dat de armsten de minste belasting betalen.
Vergeleken met wat je misschien gewend bent, zijn de tarieven in Canada best laag. Als je dan ook nog vermogend bent en in een rijk deel van het land woont, betaal je gewoon heel erg weinig belasting.
(ingezonden) Er is keus genoeg aan appartementen te huur hier en mijn kennissen vonden het moeilijk er een te kiezen dus mocht ik mee om te "helpen". Leuk, dacht ik, snel een aantal woningen bekijken.
Bij het eerste appartement kon ik al van dienst zijn. Ze vroegen zich af hoe de zuidligging was. Of er iemand een kompas bij zich had? Het was midden op de dag en het zonnetje scheen, dus erg moeilijk is dat dan toch niet? Ik stap op het terras, wijs in de richting van de zon. Kijk, daar is het zuiden.
Vol argwaan keken ze me aan. Hoe kon ik dat nu weten? Eerst dacht ik nog dat ze me voor het lapje hielden maar dat was dus echt niet het geval. Ik moest uitleggen dat de zon, midden overdag, altijd in het zuiden staat. Ze bleven me vol ongeloof aankijken, haalden de stadskaart er bij om dat te verifiëren en gaven uiteindelijk toe dat ze nu toch wat hadden geleerd (nog wel van een domme immigrant ook).
Ik heb de proef op de som genomen met enkele anderen. Inderdaad leert men hier wel dat de zon in het oosten opgaat en in het westen weer onder. Maar wat die in de tussentijd doet blijft dus een raadsel.
Hoe het met mijn kennissen is afgelopen? Ze hebben inderdaad een leuk appartement gevonden met een heel luxueuze keuken. Dat van die zonnige ligging vonden ze uiteindelijk kennelijk toch minder belangrijk.
Als je in Canada woont, heb je een Canadese bankrekening nodig. Die zijn in veel gevallen niet gratis. Bij sommige banken kan het zelfs honderden Dollars per jaar kosten om er te "mogen" bankieren.
Gelukkig is er nogal wat concurrentie tussen de financiële instellingen. Er zijn de bekende grote banken, er zijn ook nogal wat kleinere banken en dan zijn er nog credit unions (caisses populaires in Québec) die vaak een wat plaatselijk karakter hebben maar soms net zo groot zijn als een bank.
Door de concurrentie is het juist extra lastig een bankrekening te kiezen die aansluit bij jouw behoeftepatroon. Zeker als je nieuw bent in Canada, dan heb je misschien nog geen idee wat de behoefte zal zijn. In dat geval kun je met een minimaal (goedkoper) pakket beginnen en dat later, eventueel, inwisselen voor een duurder pakket.
Veel banken geven korting op de maandelijkse pakketkosten. Als je wat ouder of juist jong bent, bijvoorbeeld. Of als je andere producten bij de bank afneemt. Of ook als je een bepaald bedrag op die rekening laat staan. De regels zijn vrij ingewikkeld maar wel de moeite van het bestuderen waard.
Er zijn ook bankrekeningen waarop je iets kunt verdienen. De spaarrente in Canada is op het moment iets hoger dan in de Eurozone dus daar kun je je voordeel mee doen. Sommige rekeningen geven een bonusrente gedurende een bepaalde tijd. Snel rijk word je er niet van maar het helpt wel als je weet wat de mogelijkheden zijn.
Opvallend zijn de credit cards waarop je geld terug krijgt als percentage van je gedane aankopen. Ook dat kan flink oplopen. Minder duidelijk zijn de aanbiedingen van credit cards waarbij je een soort bonuspunten krijgt, maar uiteindelijk zijn ook die iets waard. Nog weer een reden waarom je in Canada maar weinig mensen met contant geld ziet betalen.
(ingezonden) Omdat ik al jaren in Canada woon, leek het me wel leuk weer eens op bezoek te gaan in Nederland. Da's niet alleen een dure grap maar ook best eventjes schrikken.
Er is nogal wat veranderd. Er liggen nu overal rotondes en er zijn toch nog weer meer auto's, Er zijn veel oudere gebouwen gesloopt en de nieuwbouw is enorm aangezwengeld. Het viel me ook op dat Nederland behoorlijk toeristisch is geworden. Men slaagt er goed in de buitenlander zich op zijn gemak te laten voelen en flink geld te laten uitgeven. Er zijn trouwens ook duidelijk meer buitenlanders die er nu wonen. Of zoals men dan dient te zeggen: allochtonen.
Maar wat mij het meest opviel was het oprukken van het Engels. Ik maakte een college mee aan de universiteit en de prof sprak Engels. Dat liep niet echt vlot want het was meer vertaald Nederlands en ik had moeite het te volgen ook vanwege het vette polderaccent. Maar er schijnen heel veel college's nu in het Engels te moeten.
In het zakenleven is het helemaal bar en boos: het management had een update meeting over het masterplan. Het was een hot issue met veel impact. Over outsourcen of outplacement en dat de taskforce met veel teamwork en trial-en-error de service zou kunnen upgraden. HALLO! Spreekt er hier nog iemand zijn moers taal? De jeugd kan er trouwens ook wat van. Ze zeggen dat ze dat van TV leren maar ik denk dat goed schoolonderricht er ook wat mee te maken heeft.
Heel opvallend vond ik dat het land vooral schoner lijkt te zijn geworden. De industrie, het verkeer en vervoer, de afvalverwerking - dat is allemaal sterk verbeterd. Op straat zie je nauwelijks nog hondendrollen en dat de mensen overal mogen roken is ook voorbij. Al met al gaat het de goede kant op, dat vind ik echt.
Dit is een SSL (Secure Sockets Layer) website, herkenbaar aan https in het adres. Als je informatie invult en verzendt, is deze extra versleuteld en beveiligd. Copyright © 1999-2023 menno.ca - All Rights Reserved. Menno.ca is a division of Husman & Johannson Inc. -- The original language for this site is Dutch. Any "automatic translations" offered by (for instance) Google are only approximations and may, in fact, be wrong. When in doubt, please contact us or retain a certified translator.
Dit is een Canadese website met enkele "cookies".